Les 7 blz 221

Maak goede zinnen.



Maak een goede zin. Begin met de hoofdletter. Denk aan de punt of het vraagteken.

Maak alleen een vraag als er een vraagteken staat tussen de losse woorden.


is - Hannah - gevallen.



gebeld. - de ambulance - Peter - heeft



heeft - aan haar knie - Hannah - pijn.



je - Ga - hardlopen - oefeningen doen? - of



is - er - Wat -gebeurd?



iemand - Kan - mij - helpen?