3 (volt. deelwoord als bijv. naamwoord)

Vul het bijvoeglijk naamwoord in. (Het ingevulde woord is GEEN werkwoord!)
ë = Alt 137

Schrijf de bijvoeglijke naamwoorden gewoon op zoals je het hoort! Als het voltooid deelwoord op ..EN eindigt dan eindigt het bijvoeglijk naamwoord ook op ..EN. Eindigt het voltooid deelwoord op ..T of..D dan gewoon meteen een E plakken.
Het ijzer is GEBOGEN. Het GEBOGEN ijzer is kapot.
De weg is VERBREED. De VERBREDE weg is mooi.

1 De (pensioneren) directeur maakt een wereldreis.
2 De (opperen) bezwaren werden besproken.
3 De (aanrichten) schade wordt op achttienduizend gulden getaxeerd.
4 (Stelen) goed gedijt niet.
5 Het (vermissen) pakket werd een week later bezorgd.
6 Uit Italië worden (glazuren) tegels geïmporteerd.
7 De pas (spuiten) auto glansde als een nieuwe.
8 Vroeger droeg men stijf (strijken) overhemden.
9 Een (uitbeiden) beschrijving wordt u op aanvraag toegezonden.
10 De bazars hangen vol snoeren (rijgen) kralen.
11 We waren blij dat we eindelijk de (vermoeien) ledematen konden strekken.
12 De aanvallers dropen met (bebloed) koppen af.
13 In Zuid-Limburg vond je veel (pleisteren) huizen.
14 Ik vind een (vergulden) lijst erg ouderwets.
15 Met een (huren) auto reden we naar Parijs.
16 De (afbreken) uitzending werd later herhaald.
17 De door het museum (aankopen) schilderijen werden geëxposeerd.
18 De (inkomen) brieven werden beantwoord.
19 Alle (etaleren) artikelen waren geprijsd.
20 Ik houd van (braden) vlees.
21 De luchtdicht (sluiten) bussen bevatten (condenseren) melk.
22 Het (inzenden) stuk werd door de redactie geweigerd.